In deze paragraaf worden de verschillen per programma inzichtelijk gemaakt tussen de actuele begroting 2024 en de primitieve begroting 2025. De verschillen worden voornamelijk veroorzaakt door wijzigingen vanuit de kadernota 2025, bijstellingen loonkosten, kapitaallasten, reservemutaties, autonome ontwikkelingen, nieuw beleid en personele voorstellen. Bij programma’s met afwijkingen groter dan € 1,0 miljoen worden de grootste oorzaken van de verschillen toegelicht.
2024 | 2025 | |||||||
(bedragen x € 1.000) | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Verschil | |
1 | Inwoners en Bestuur | -10.588 | 2.049 | -8.539 | -12.048 | 2.280 | -9.768 | -1.230 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2 | Economie en Werkgelegenheid | -17.233 | 7.066 | -10.167 | -13.399 | 4.220 | -9.179 | 989 |
3 | Veiligheid | -11.810 | 239 | -11.571 | -11.916 | 64 | -11.852 | -282 |
4 | Onderwijs en Jeugd | -18.399 | 6.185 | -12.214 | -17.642 | 6.180 | -11.462 | 752 |
5 | Bouwen, Wonen en Milieu | -64.337 | 52.383 | -11.953 | -58.835 | 50.360 | -8.475 | 3.479 |
6 | Inkomensondersteuning | -72.371 | 57.909 | -14.462 | -69.625 | 56.319 | -13.306 | 1.155 |
7 | Openbare Ruimte en Verkeer & Vervoer | -43.712 | 7.211 | -36.501 | -45.648 | 7.794 | -37.854 | -1.352 |
8 | Sport en Cultuur | -26.083 | 5.361 | -20.721 | -25.503 | 4.835 | -20.667 | 54 |
9 | Sociaal Domein | -195.181 | 21.558 | -173.622 | -199.457 | 21.711 | -177.745 | -4.123 |
10 | Bedrijfsvoering en Inkomstenbronnen | -62.172 | 362.184 | 300.012 | -63.833 | 370.956 | 307.123 | 7.111 |
Totaal Begrotingsresultaat | -521.885 | 522.147 | 262 | -517.905 | 524.720 | 6.815 | 6.552 |
1 Inwoners en Bestuur
Het tekort in programma 1 wordt veroorzaakt door verschillen op de taakvelden burgerzaken en bestuur. Door diverse personeelsontwikkelingen, zoals het HR21-traject en versterking van de Griffie, zijn de loonkosten voor 2025 hoger dan vorig jaar. Daarnaast zijn de kosten van inhuur de afgelopen jaren erg gestegen, waardoor met het huidige budget niet langer op hetzelfde niveau kan worden ingehuurd. Tot slot is vanuit de kadernota voor twee jaar budget beschikbaar gesteld voor citymarketing, wat leidt tot hogere lasten.
2 Economie en Werkgelegenheid
Het overschot in programma 2 is deels te danken aan lagere lasten voor proces- en voorbereidingskosten van Emmen Vernieuwt. Het budget voor 2024 omvat onder andere het ontwikkelperspectief Campus Emmen, de Sport- en beweegcampus en de integrale visie spoor Emmen. Voor 2025 is in de Kadernota budget vrijgemaakt voor procesgeld voor de Sport- en beweegcampus en de ontwikkelvisie voor de Nedersaksenlijn. Een bijkomend voordeel is een eenmalige cofinanciering in 2024 voor de Partnership Agreement GRITH, die wordt terugverdiend door inzet van eigen uren.
5 Bouwen, Wonen en Milieu
Het overschot in programma 5 wordt voornamelijk veroorzaakt door extra beschikbaar gestelde middelen in Berap I voor de sloop van diverse objecten. Daarnaast draagt het voordelige verschil in baten door de indexering van rioolbelasting en het opstellen van het nieuwe GRP 2024-2028 bij aan het positieve resultaat.Het taakveld afval levert een voordeel in lasten, voornamelijk door een gunstig verschil in dekking van Area vanuit het meerjarenperspectief en de voorziening afval. Daarnaast zijn er budgetten beschikbaar gesteld voor bodemdaling en de subsidieregeling ‘Funderingsonderzoek bodemdaling’ in de kadernota’s van 2024 en 2025. Daarnaast is op het onderdeel Grex een voordeel. In de MPG 2024 is een nieuwe doorrekening gemaakt van de resultaten op de grondexploitaties. Dit geeft positieve bijstellingen ten opzichte van het MPG 2023. De bijstellingen van het resultaat worden ten gunste of ten laste van de algemene reserve grondexploitaties gebracht.
6 Inkomensondersteuning
Het lagere nadeel op programma 6 is voornamelijk het gevolg van een voordeel op de lasten in Energietoeslag. Daarnaast heeft een stijging in het aantal uitkeringsgerechtigden een voordelig effect op de baten van het budget bijstandsuitkeringen.
7 Openbare Ruimte en Verkeer & Vervoer
Het nadeel in programma 7 wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door mutaties in reserves welke aan dit programma verbonden zijn. De grootste mutaties vinden plaats bij de reserves: Beheer- wegen en openbaar groen. Plus mutaties in de reserves Meldingsgericht onderhoud en onderhoud bomen zorgen voor een verschil van 2 miljoen. Voor een uitgebreide toelichting van reservemutaties zie ook paragraaf 2.3 Reserves en voorzieningen.
9 Sociaal Domein
Het tekort in programma 9 komt deels door de invoering van de hervormingsagenda jeugd, die tegenvallende resultaten oplevert. Ook dragen de hogere kosten door het indexeren van contracten met jeugdzorgaanbieders bij aan dit tekort. Verder zijn er nadelen bij arbeidsparticipatie en maatwerkvoorzieningen WMO. Door een toename van het aantal uitkeringen zal de dienstverlening via Menso geïntensiveerd worden. Ook is er sprake van een grotere vraag naar hulpmiddelen. Tot slot zorgen de indexacties voor Beschermd Wonen en maatschappelijke- en vrouwenopvang voor extra kosten.
10 Bedrijfsvoering en Inkomstenbronnen
Het voordeel in programma 10 komt vooral door hogere inkomsten uit de algemene uitkering, als gevolg van indexatie voor gestegen lonen en prijzen, en aanpassingen in basisgegevens zoals het aantal inwoners, ouderen, uitkeringen en woningen. Incidentele budgetten toegekend in Berap I 2024 zorgen voor een voordeel, terwijl budgetten toegekend in de Kadernota 2025 een nadeel opleveren.
Daarnaast is er een voordeel in lasten op de overhead welke voornamelijk ontstaat door een wijziging van de nota activabeleid. Als gevolg van deze nieuwe nota er in minder afgeschreven dan begroot. De afschrijvingen van vervangingen in 2025 zijn verschoven naar 2026. Het taakveld Treasury heeft een nadeel op de lasten. Het verschil word veroorzaakt door een aanpassing op de stelpost onderuitputting kapitaallasten n.a.v. de geactualiseerde investeringsplanning. Daarnaast ontstaat er een nadeeel door een grotere financieringsbehoefte als gevolg van hogere investeringen. Daartegenover staan voordelen renteverlagingen op kortlopende rente en de doorbelaste rente vanuit de taakvelden.